Under your skin?
Arja Roozemond schrijft over hooggevoeligheid en relaties. Eerder vertelde ze bijvoorbeeld over de aantrekkingskracht tussen gevoelige en niet-gevoelige mensen. Vandaag neemt ze je mee op een nieuw avontuur, waarbij jouw input van harte welkom is en we samen een onderwerp verkennen. De titel zegt het al, het gaat over mensen die ‘onder je huid kruipen’. Dit is niet voorbehouden aan partnerrelaties, maar het kan erin voorkomen. Misschien schieten er nu metéén namen of situaties door je hoofd, misschien zegt dit je (nog) helemaal niets. We gaan samen op ontdekkingstocht. Ga je mee?
Onderhuids
Wat heeft dit thema te maken met mijn basisthema ‘Hooggevoeligheid en partnerrelaties’? Ik zie o.a. de volgende verbanden:
- Sommige partners hebben het vermogen ‘onder je huid te kruipen’ en dat is lang niet altijd een prettige gewaarwording.
- Als je zelf – vaak onbedoeld – onder iemands huid kruipt, kan dat zowel voor jezelf als voor de ander misschien weleens fijn zijn, maar zeker ook minder goed uitpakken.
- Er zijn verhalen bekend over hoe dit vermogen gebruikt wordt om iemand te beschermen (zoals in het voorbeeld verderop) of juist schade te berokkenen.
Mijn vraag aan jou
Bij dezen een oproep aan alle lezers om ervaringen te delen. Waarbij de volgende vragen als leidraad kunnen dienen:
- Herken je als HG-er iets in de anekdotes hieronder?
- Wat doe jij als HG-er als je merkt dat je teveel verdwijnt in iemand cq teveel met iemand samenvalt?
- Krijg je als HG-er weleens te horen dat je iemand te dicht op de huid zit?
- Wat merk jij – HG-er of juist niet – als iemand jouw fysieke en/of energetische grenzen niet respecteert? Heel concrete voorbeelden in termen van wat je precies voelt zijn hier het meest behulpzaam.
- Heb je tips voor anderen hoe ze kunnen omgaan met (neigingen tot) grensoverschrijding van zichzelf of anderen?
- Denk je dat het risico van grensoverschrijding in partnerrelaties groter is? En waarom of waarom juist niet?
Mooie voorbeelden
Om het thema te illustreren en om je verbeelding wakker te maken, wil ik twee bijzondere verhalen met je delen. Twee voorbeelden die mij heel erg hebben geïnspireerd en die je aan het denken zetten. Joan Halifax, een buitengewoon vitale 76-jarige Amerikaanse zen-leraar was in Nederland voor het begeleiden van een vijfdaagse retraite/training. Joan is maatschappelijk zeer betrokken, onder andere via de organisatie ‘Zen Peacemakers’. Zij beschrijft zichzelf als iemand met een “very sensitive nervous system” en beschikt duidelijk over nogal wat neuropsychologische kennis. Van haar zijn de volgende twee anekdotes.
De jak-herder
Joan is al heel lang actief bij de ondersteuning van een ziekenhuis in Nepal. Toen zij 20 jaar geleden besloot om lange bergwandelingen te ondernemen, vond de Nepalese staf van de instelling dat er iemand met haar mee moest gaan. Er werden strootjes getrokken door medewerkers en andere bij het ziekenhuis betrokken mensen. Na deze loting bleek dat ze vergezeld zou worden door een jak-herder. Deze beste man sprak geen woord Engels en had ook nog een alcoholprobleem. Maar Joan besloot om het avontuur maar gewoon aan te gaan. Ze vertelt hoe hun eerste tocht verliep en gebruikt daarbij de woorden “He slipped under my skin.” Om te illustreren hoe dat aanvoelde, maakt ze een veelzeggend gebaar, alsof ze iets van haar armen wil wegvegen. Haar luisteraars moeten daarom lachen. Maar Joan vervolgt haar verhaal met de vaststelling dat ze in al die 20 jaar nog nooit gevallen is, omdat hij iedere stap van haar lijkt aan te voelen. Ze raakte snel gewend aan zijn indringende aanwezigheid en zegt nu uit de grond van haar hart: “We love each other!” Ze besluit met de nuchtere opmerking dat hij dit vermogen natuurlijk ook gebruikt bij het hoeden van zijn jaks en voegt daar vrolijk aan toe dat men haar in Nepal dan ook ‘Jakma’ noemt.
Baby Norma
Op een dag wordt er een klein meisje van bijna een jaar binnengebracht. Zij is in het vuur gevallen en heeft meerdere brandwonden. Haar vader heeft twee dagen gelopen om haar naar het ziekenhuis te brengen. Artsen en verpleegkundigen gaan aan de slag om haar wonden te verzorgen. Joan blijft in de behandelkamer voor morele steun. Norma huilt hartverscheurend en blijft dat doen tijdens de hele procedure. Op zeker moment merkt Joan dat ze de pijn van Norma in haar eigen lichaam begint te voelen en dat neemt nogal een heftige vorm aan. Zodat ze denkt: “ik moet deze ruimte verlaten of ik val flauw”. Maar op dat moment beseft ze ook dat samenvallen met het kind niet de goede actie is en dat ze onderscheid moet maken tussen Norma en zichzelf. Ze haalt een paar keer diep adem, richt haar aandacht op haar voeten en voelt bewust het contact met de aarde. En ze herinnert zichzelf aan haar rol op dat moment, namelijk compassievol aanwezig zijn bij het kind, de vader, het medisch personeel. Dat lukt haar en iedereen voelt zich gesteund.
Jouw reactie is welkom
Herkenbaar? Of roept het juist vragen op? Ik ben erg benieuwd wat mijn eerdere vragen en deze twee anekdotes bij jou losmaken. Het is onze bedoeling om de inzendingen (anoniem) te verwerken tot een nieuwe blog. Zo kunnen we elkaar weer verder helpen met nieuwe inzichten, en weet je dat jij niet de enige bent die dit ervaart. Mail jouw verhaal of vraag naar arja@hooggevoeligheelgewoon.nl. Om je reactie te kunnen gebruiken voor mijn blog in december, moet die uiterlijk op 18 november bij mij binnen zijn. Vanzelfsprekend gaan we vertrouwelijk om met alles wat je deelt en blijf je anoniem als dat voor jou prettig voelt. Geef dat dan vooral even aan in je mail. In december komen we er hier op terug.
Een haiku als afsluiting
de ruimte tussen
twee liefhebbende zielen
hoe zien zij de grens?